Inhoudsopgave
1. Speelstukken
Dambord 1 stuk
24 speelstukken (12 van elk type)
2. Basisregels
Op een dambord met afwisselend lichte en donkere vakjes spelen we het spel. Gebruikelijk is het dat het onderste rechtervakje van het bord vanuit jouw perspectief een licht vakje is. De stukken worden voornamelijk op de donkere vakjes geplaatst.
Bijvoorbeeld:
Zo kun je alle stukken van je tegenstander slaan of ervoor zorgen dat je tegenstander geen legale zetten meer kan maken, waardoor je wint.
Als beide spelers al hun stukken hebben geslagen of niet meer kunnen bewegen, of als beide spelers akkoord gaan, kan het spel in een remise eindigen.
3. Anglo-Amerikaanse regels
- Net als bij schaken wordt er gespeeld op een bord van 8x8 vakjes.
- Elke speler heeft 12 stukken, in totaal 24 stukken (mannen). De stukken worden op de donkere vakjes geplaatst. * Zwarte stukken worden geplaatst op de vakjes 1 tot 12, witte stukken op de vakjes 21 tot 32.
- Het spel begint met de beurt van zwart, en de spelers zetten om de beurt.
- Een gewone man (man) promoveert tot koning (king) wanneer hij de laatste rij van het bord aan de overkant bereikt.
Basis bewegingsregels
- Een gewone man (man) kan slechts één vakje diagonaal naar voren bewegen naar een aangrenzend leeg vakje.
- Een koning (king) kan één vakje diagonaal bewegen in alle richtingen (vooruit en achteruit) naar een aangrenzend leeg vakje.
- Wanneer een gewone man de laatste rij aan de overkant bereikt (king row), promoveert hij tot koning (crowning). De beurt eindigt zodra de man is gepromoveerd tot koning. * Dit betekent dat de gepromoveerde koning niet direct in dezelfde beurt kan bewegen of een stuk van de tegenstander kan slaan.
Springen
Overwinningsvoorwaarden
Remisevoorwaarden
Overige regels
1) 3-Move: Een van de regels die in toernooien wordt gebruikt. Hierbij worden de eerste drie zetten willekeurig gekozen uit de mogelijke openingzetten.2) GAYP (go as you please): In tegenstelling tot de 3-Move-regel mogen spelers bij deze toernooiregel vanaf de eerste zet vrij spelen.
4. Internationale regels
In tegenstelling tot de Anglo-Amerikaanse regels, wordt er gespeeld op een bord van 10x10. Daardoor worden er in totaal 40 stukken gebruikt, 20 voor elke speler. Het spel begint met de witte stukken die de eerste zet doen.
5. Overige regels
Turkse dammen
In tegenstelling tot andere damspellen bewegen de stukken niet diagonaal, maar zoals de soldaten in Xiangqi (Chinees schaken), voorwaarts of zijwaarts. Koningen bewegen zoals de torens in schaken.
Braziliaanse dammen
Het spel wordt gespeeld op een 8x8 dambord zoals bij de Anglo-Amerikaanse regels, maar de internationale regels worden toegepast.
Vanuit het perspectief van zwart worden de donkere vakjes genummerd, te beginnen met het vakje rechtsonder. De nummering gaat van rechts naar links en van onder naar boven, waarbij elk donker vakje een nummer van 1 tot 32 krijgt. Als een stuk van vakje 10 naar vakje 15 wordt verplaatst, wordt dit genoteerd als 10-15. Bij de internationale regels, die een 10x10 bord gebruiken, worden de vakjes genummerd van 1 tot 50.
Sociaal